Nederlandse les en de juf vraagt:
"Wie kan er een zin vormen met de woorden 'waarschijnlijk' en 'want'?
Peter steekt zijn vinger in de lucht en zegt:"WAARSCHIJNLIJK" gaan wij naar Disneyland, "WANT" mijn vader heefttickets gekocht.
"Zeer goed!", zegt de juf, "Wie kan dat ook?"
Achmed steekt ook zijn vinger in de lucht!Juffrouw slaat haar ogen ten hemel en denkt al: "Wat nu weer?".
"Ja Achmed, probeer maar", zegt ze bemoedigend.
En Achmed zegt; "Mijn moeder ging met de krant naar 't toilet...""Maar Achmed toch! Dat heeft er helemaal niks mee te maken!"
"Wacht,wacht ik ben nog niet klaar," roept Achmed!...WAARSCHIJNLIJK moest ze kakken,WANT lezen kan ze niet! "